Welke rechter behandelt franchise-huurrechtszaak?

03-01-2024 | franchise & huur vastgoed, rechtspraak

Dit artikel gaat over de vraag welke rechter (Kantonrechter of de gewone civiele rechter) en welke Rechtbank (welke plaats) bevoegd is de rechtszaak te behandelen over vorderingen op basis van zowel een franchiseovereenkomst als een huurovereenkomst.

Ter inleiding

In franchise rechtszaken met vorderingen op basis van zowel een franchiseovereenkomst als een huurovereenkomst is het belangrijk te doorgronden welke rechter en welke Rechtbank bevoegd is om de rechtszaak te behandelen. Wat daarover in de franchiseovereenkomst is bepaald is niet per sé bepalend voor de uitkomst. De wet kan namelijk zwaarder wegen dan een beding in de franchiseovereenkomst.

In een recent vonnis behandelde de Kantonrechter de vraag welke rechter absoluut bevoegd is en welke Rechtbank relatief bevoegd is de rechtszaak te behandelen (ECLI:NL:RBOVE:2023:5258). Het betrof een geschil tussen een food franchisegever, actief in snackmuren en snacks uit automaten, en één van de franchisenemers. De food franchisegever stelt vorderingen in tegen de franchisenemer uit hoofde van de franchiseovereenkomst en een (onder)huurovereenkomst.

 

Absoluut‘ bevoegde recheter

Bij de ‘absolute’ bevoegdheid wordt beoordeeld welk ‘soort’ rechtbank de zaak zal behandelen. Meestal gaat het er dan om of partijen bij de ‘gewone’ civiele rechter of bij de Kantonrechter moeten zijn.

In onderhavige zaak van de snackautomatiek-franchiseformule is volgens de franchisenemer de Kantonrechter niet bevoegd omdat de franchisegever een vordering van ruim € 150.000 heeft ingesteld, dat is (ruim) meer dan de zogenoemde ‘kantonrechtersgrens’ van € 25.000.

De Rechtbank oordeelt dat een belangrijk deel van de vorderingen van de franchisegever zien op de (onder)huuurovereenkomst tussen franchisegever en franchisenemer. Daarom is de Kantonrechter op grond van de wet exclusief bevoegd om kennis te nemen van het geschil. Aangezien meerdere vorderingen zijn ingesteld en tenminste één ziet op de huurovereenkomst worden op grond van de wet alle ingestelde vorderingen door de Kantonrechter behandeld, voor zover de samenhang tussen de vorderingen zich tegen afzonderlijke behandeling verzet.

 

‘Relatieve‘ bevoegdheid

Met ‘relatieve’ bevoegdheid wordt bedoeld in welke plaats in Nederland een procedure gestart moet worden. De Kantonrechter concludeert in deze zaak dat uit de wet volgt dat in zaken over de huur van een bedrijfsruimte in de zin van artikel 7:290 BW, uitsluitend de rechter bevoegd is binnen wiens rechtsgebied het gehuurde is gelegen.

Het beroep van de franchisenemer op een beding in de franchiseovereenkomst met forumkeuze voor de Rechtbank te Amsterdam slaagt niet. Want in de wet is bepaald dat in zaken over de huur van bedrijfsruimte een forumkeuzebeding (behoudens uitzonderingen) geen gevolg heeft.

De Kantonrechter motiveert dat een ‘forumkeuze’ in kwesties over huur van bedrijfsruimte alleen stand houdt:

– wanneer het forumkeuzebeding is overeengekomen na het ontstaan van het geschil, of
– wanneer de huurder zelf een procedure start bij de in het beding aangewezen rechter.
Maar deze uitzonderingen doen zich niet voor: het forumkeuzebeding is vóór de procedure overeengekomen en de procedure is door de (onder)verhuurder, namelijk de franchisegever, gestart. Daarom is niet de Rechtbank te Amsterdam maar de Rechtbank te Overijssel bevoegd om de rechtszaak te behandelen.

Tot slot

Deze recente uitspraak van de Kantonrechter geeft een goed inzicht in hoe de Kantonrechter omgaat met bevoegdheid van de rechter en Rechtbank in franchise- en huurrechtzaken. Uit deze uitspraak blijkt eens te meer dat, ook al is in een franchisecontract afgeweken van (dwingendrechtelijke) huurrechtwetgeving, dat huurrechtwetgeving kan prevaleren boven de inhoud van de franchiseovereenkomst.

 

Lees de gehele uitspraak hier:

Rechtbank Overijssel, datum uitspraak 19-12-2023, datum publicatie 22-12-2023, ECLI:NL:RBOVE:2023:5258

Over de auteur

Jorg van de Peppel
Franchiserechtadvocaat bij Pep Legal. 

Met mijn kennis en ervaring denk ik voor franchisegevers en franchisenemers in juridische oplossingen voor hun franchiserecht vraagstukken.